« Een energiemarkt in volle verandering in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest! »

Dubbelinterview met Marc Deprez, voorzitter van de raad van bestuur, en Pascal Misselyn, coördinator van BRUGEL.


DOWNLOAD DIT HOOFDSTUK
DELEN

Twitter  /  

Linkedin  /  

Facebook



Wat was in 2016 de voornaamste uitdaging op de energiemarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest?

Marc Deprez: De geleidelijke invoering van de flexibiliteitsmarkt was zonder twijfel de grootste strategische uitdaging. De sector moet op een betere manier het hoofd bieden aan de onregelmatige beschikbaarheid van energie uit de gedecentraliseerde productie-eenheden. Als de elektriciteitsverbruikers op het juiste moment stoppen met afnemen (bijvoorbeeld tijdens verbruikspieken), kunnen ook zij een positieve rol spelen in het beheer van het elektriciteitsnet. Dit nieuwe model markeert een keerpunt in de manier waarop energie wordt verbruikt.

Als regulator hebben wij als taak de overheden te informeren over de uitdagingen en het in te voeren wettelijk kader. Wij moeten erop toezien dat de eindverbruiker baat heeft bij deze flexibiliteit, maar zonder dat hij actief bij de markt betrokken moet zijn. Verbruikers die niet in deze materie thuis zijn, mogen ook niet de dupe worden van deze complexer wordende markt.

Beantwoordt de markt aan deze nieuwe uitdaging?

Pascal Misselyn: Op het vlak van flexibiliteit zien we dat er al enige tijd sprake is van een echte bewustwording bij alle grote institutionele spelers, de grote leveranciers, de grote producenten en de grootverbruikers. Wat er vandaag verandert, is dat ook de kleinere verbruikers geleidelijk aan worden gesensibiliseerd. In 2016 zijn de eerste Brusselse middenspanningsverbruikers aangesloten. We kunnen ervan uitgaan dat dit binnen drie tot vijf jaar ook voor de laagspanningsverbruikers het geval zal zijn.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest staat ook nog voor een andere uitdaging: de omschakeling van arm gas naar rijk gas. Hoe zit dat precies?

Marc Deprez: In 2016 werden we ons ervan bewust dat het Brusselse net zich snel moest aanpassen aan rijk gas. Op dit moment wordt het net voor 100 % gevoed met arm gas uit Nederland. Dat land heeft besloten de gaslevering op korte termijn definitief stop te zetten. De Brusselse Hoofdstedelijke Regering is zich er goed van bewust dat deze conversie goed moet worden aangepakt. Hoe passen we het net aan? Wat communiceren we aan de eindverbruikers? Hoe garanderen we hun veiligheid? Wie neemt de leiding over dit omschakelingsproject? BRUGEL heeft als taak de overheid te adviseren om een systeem te ontwikkelen dat maximale veiligheid biedt voor de eindconsument.

De leveranciers hebben het ook vaak over de energiearmoede van een groot aantal Brusselse verbruikers. Sommige aarzelen zelfs om zich in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te vestigen. Hoe verklaart u dit fenomeen?

Pascal Misselyn: In 2016 wezen bepaalde indicatoren opnieuw op de kwetsbaarheid van de Brusselse verbruiker: er werden meer vermogensbegrenzers geplaatst, meer gezinnen werden afgesloten, er werd vaker gebruikgemaakt van de sociale diensten enzovoort. Deze vaststelling hangt rechtstreeks samen met de sociaal-economische aspecten van het Gewest: meer armoede, meer verhuizingen, meer huurders dan eigenaars enzovoort. Daar staat tegenover dat het niveau van sociale bescherming inzake energie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest veel hoger is dan in de andere twee gewesten. Leveranciers moeten bijvoorbeeld van de vrederechter groen licht krijgen voor de ontbinding van het contract alvorens ze de energie kunnen afsluiten. Bovendien moeten ze aan elke klant die dat wenst een aanbod doen en zijn ze verplicht contracten voor een periode van drie jaar aan te bieden.

Het bedrag van de energiefactuur is in 2016 stabiel gebleven en in 2017 zelfs licht gedaald. Hoe verklaart u deze beteugeling van de elektriciteitsprijs?

Marc Deprez: Dankzij de waakzaamheid die we aan de dag leggen bij de organisatie van de markt kunnen we de prijzen onder controle houden. De distributietarieven zijn goed onder controle en er zijn geen grote afwijkingen geweest ook niet voor de ondersteuning van hernieuwbare energie. Netbeheerder SIBELGA is er eveneens in geslaagd de distributiekosten binnen zeer redelijke grenzen te houden. Het resultaat: de factuur van de eindklant is jarenlang stabiel gebleven en in 2016 vertoonde de energieprijs zelfs een dalende trend.

Welke band onderhoudt u met de spelers in de sector?

Marc Deprez: Sinds de oprichting heeft BRUGEL zich steeds ingespannen om zo neutraal en onafhankelijk mogelijk te blijven. Zonder die voorzichtigheid zouden we onze legitimiteit als reguleringsinstantie verliezen. Het is moeilijk voor een regulator om die onafhankelijkheid te bewaren en tegelijk uitgebreide contacten te onderhouden met alle marktspelers. We blijven een luisterend oor bieden en geven het algemeen belang steeds voorrang.

Hoe waakt u over de bescherming van de consument?

Pascal Misselyn: We waken constant over de naleving van de ordonnanties en de wettelijke bepalingen. We beheren de klachten, we houden toezicht op de markt en we blijven in contact met de leveranciers om er zeker van te zijn dat zij de verordeningen goed naleven. Tot slot vormen we ook de schakel tussen de leveranciers en de OCMW’s: wij spelen informatie door. Om onze taak goed uit te voeren, zorgen we er ook voor dat we de marktmechanismen goed kennen door studies en analyses uit te voeren. Tot slot zijn we vertegenwoordigd in de meeste organen en forums waar over energie wordt gesproken.

Wat is het profiel van de medewerkers van BRUGEL?

Pascal Misselyn: BRUGEL bestaat uit multidisciplinaire teams die constant op zoek zijn naar nieuwe ideeën en verrijkende gedeelde inzichten. Een goede regulator biedt zijn teams ruimte voor dialoog, zowel intern als met de andere marktspelers, om zo de meest evenwichtige oplossingen te vinden. De mensen die wij in dienst nemen, moeten dus over een zeer grote expertise beschikken op vrij specifieke gebieden en moeten blijk geven van een grote openheid van geest. Een ingenieur die gespecialiseerd is in energie moet ook in staat zijn met een jurist of met een verantwoordelijke van Sociale Zaken in dialoog te gaan.

Welk type beheerscontrole hebt u in 2016 toegepast?

Marc Deprez: Het Gewest moedigt ons elk jaar aan een vernieuwende, moderne vorm van begrotingsbeheer toe te passen. In 2016 vroeg de Regering ons om nog verder te gaan en een beheerscontrole met kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen in te richten. Om die procedure te realiseren, heeft onze rvb in 2016 een hele reeks operationele doelstellingen vastgelegd. Op dit moment proberen we indicatoren (KPI’s) in te voeren om die doelstellingen te meten. In de loop van 2017 zal BRUGEL over verschillende tools beschikken waarmee goed kan worden gemonitord hoe efficiënt een kleine structuur als de onze wordt beheerd.

Is uw adviesopdracht naar de Brusselse overheid toe volgens u onmisbaar?

Marc Deprez: De energiesector is zeer complex en evolueert zeer snel. Zonder een objectief expertisecentrum dat de overheid ondersteunt, zouden we regelmatig met ontsporingen te maken krijgen. Het is onze opdracht om de Regering op haar vraag of op eigen initiatief inzicht te bieden in de materie door studies voor te stellen die ons relevant lijken. We genieten inmiddels het vertrouwen van de overheid. Dat vertrouwen is zo groot, dat de Regering bereid is ons vanaf volgend jaar een aanvullende opdracht toe te vertrouwen: de controle van de waterprijs. Die blijk van vertrouwen is een erkenning van onze expertise.

Marc Deprez
voorzitter van de raad van bestuur


Pascal Misselyn
coördinator van BRUGEL




Sinds de oprichting heeft BRUGEL zich steeds ingespannen om zo neutraal en onafhankelijk mogelijk te blijven. We blijven een luisterend oor bieden en geven het algemeen belang steeds voorrang.

Marc Deprez





In 2016 wezen bepaalde indicatoren opnieuw op de kwetsbaarheid van de Brusselse verbruiker: er werden meer vermogensbegrenzers geplaatst, meer gezinnen werden afgesloten, er werd vaker gebruikgemaakt van de sociale diensten, enzovoort.

Pascal Misselyn